Interview met boardleden Carol van Eert en René Verhulst
Er is twee jaar aan gewerkt door vier ministeries, 26 gemeenten, twee provincies (Gelderland en Utrecht), drie waterschappen, triple-helix-organisaties zoals The Economic Board en de Groene Metropoolregio en Regio Foodvalley. Nu is hij bijna afgerond. Het gaat om de Verstedelijkingsstrategie en het bijbehorende Verstedelijkingsakkoord voor de regio Arnhem-Nijmegen en Foodvalley. Burgemeesters Carol van Eert (Rheden) en René Verhulst (Ede) zijn tevreden met het resultaat, maar weten ook dat er nog zwaar beladen discussies gaan volgen.
“Er is een akkoord met alle overheden. We zijn het eens over de inhoud van de strategie en de manier waarop we het gaan realiseren”, vertelt Van Eert met gepaste trots. Behalve burgemeester van Rheden is hij ook voorzitter van het bestuurlijk overleg Verstedelijkingsstrategie Arnhem Nijmegen Foodvalley. “Met zoveel partijen vanuit allerlei lagen was het niet makkelijk, maar het heeft daardoor wel een breed draagvlak.”
Ruimteclaims
Van Eert legt uit waarom de strategie er is. “Het Rijk gaf in de vorige kabinetsperiode aan dat het meer regie wil over de ruimtelijke ordening van ons land. Vanuit allerlei hoeken zijn er ruimteclaims, die je niet zo makkelijk kunt invullen omdat de ruimte steeds schaarser wordt.”
Er moeten in totaal 900.000 extra woningen komen. Daarvoor benoemde het Rijk een aantal stedelijke regio’s. Eén daarvan is Arnhem-Nijmegen en Foodvalley, wat als één gezamenlijke regio is aangewezen. Daar moeten tussen nu en 2040 100.000 extra woningen komen: 40.000 in Foodvalley, 60.000 in Arnhem/Nijmegen. In de Verstedelijkingsstrategie staan grote lijnen en uitgangspunten over hoe dat moet gebeuren. Het bijbehorende Verstedelijkingsakkoord, dat binnenkort wordt ondertekend, gaat om de vraag wie er wat doet en wie welke rekeningen betaalt.
Groene kwaliteiten
Verhulst, behalve burgemeester van Ede ook voorzitter van de regio Foodvalley, zag een interessant proces. “Het inrichten van het land is een fascinerend onderwerp. Vanaf de jaren ’60 was er het groeikernen-beleid en werd er volop gebouwd in plaatsen als Purmerend, Nieuwegein en Houten. Vanaf de jaren ’90, na de Vierde nota ruimtelijke ordening, kwamen de Vinex-wijken, dicht tegen de grote steden aan, om mobiliteitsproblemen te voorkomen. Het fascinerende van deze Verstedelijkingsstrategie is dat het nu niet alleen over woonkwaliteit, architectuur en mobiliteit gaat, maar dat het een grotere discussie is. Hoe past bouwen nog in het landschap? Hoe kan het op een verantwoorde manier als het om bijvoorbeeld stikstof gaat? Hoe passen natuur en landbouw erin?”
Ook Van Eert geeft aan dat de strategie er heel anders uitziet dan dat 25 jaar geleden het geval zou zijn geweest, met extra ruimte voor de thema’s die Verhulst noemde. “We hebben als regio zoveel groene kwaliteiten. Die willen we niet opofferen voor stenen. We gaan voor een groene kwaliteitsimpuls.”
Boter bij de vis
“Ik ben uitermate tevreden met de visie die we met al deze partijen hebben getoond”, zegt Van Eert. “Maar ik vind wel dat het Rijk meer boter bij de vis moet doen. Met alle eisen die er tegenwoordig zijn is bouwen veel duurder. Dat kunnen gemeenten niet volledig betalen vanuit de grondopbrengsten. We hebben een bedrag gekregen, maar we denken dat er meer nodig is om die 100.000 woningen te realiseren.”
De politieke discussies in de gemeenteraden en bij de Provinciale Staten zullen lastig en soms zwaar beladen worden, geeft Verhulst aan. “Veel lastiger dan afgelopen jaren. We moeten keuzes maken. De Verstedelijkingsstrategie is het grote plaatje en we zijn heel tevreden over hoe dat eruitziet, ook voor Foodvalley.
Maar nu moet je het terugbrengen tot postzegelniveau: waar moeten die woningen gebouwd worden? Ik merk dat het een moeilijke discussie is voor iedereen. We zijn geen Australië, we hebben geen woeste grond meer.”
Hij weet dat het onderwerp gevoelig kan liggen en dat het ook politiek gebruikt of misbruikt kan worden. “Er zullen altijd tegenstanders zijn die ‘niet in mijn achtertuin’ roepen en vinden dat we het land volplempen. Daarom moeten we nu al beginnen met uitleggen waar we overal rekening mee houden.” Van Eert: “De mensen die nu zeggen dat ze geen woningen tegenover hen willen, vinden het straks vreselijk dat hun kleinkind geen huis kan vinden.”
De strategie is geen stip die ver weg aan de horizon staat. In 2030 moeten er al 60.000 extra woningen staan. Van Eert: “Inwoners gaan er dus al snel iets van merken. Het stikstofprobleem is nu het grootste obstakel om echt te kunnen starten. Als het kan, zijn we er klaar voor.”
Lees ook dit artikel van de Groene Metropoolregio Arnhem-Nijmegen: Carol van Eert: alleen in samenhang vind je oplossingen